De duizendknoopfamilie
Latijnse naam: Polygonaceae
ALGEMEEN
Veel planten uit deze familie hebben een zure smaak, waarvan verschillende gecultiveerde planten gekend zijn zoals zurkel, boekweit en rabarber.
Meestal terug te vinden onder kruiden, kan je ze ook als struik, boom en zelfs liaan terugvinden.
In het totaal gaat het over een 48 geslachten, waaronder meer dan 1200 planten te onderscheiden zijn.
Bij de Latijnse naam Polygonaceae herkennen we ”Poly”, van het Griekse “meerdere” en “gony”, mogelijks komende van “knoop”, alhoewel het ook “veel zaden” zou kunnen betekenen.
Een zeer fijne plantenfamilie voor de wildplukker gezien ontzettend veel lekkere eetbare soorten tot deze familie behoren.
Voorbeeld van een aar met meerdere zaden (bij deze veldzuring)
TYPERENDE EIGENSCHAPPEN
tweezaadlobbig, wat wil zeggen dat per zaad twee zaadlobben of dicotylen aanwezig zijn, waarin het reservevoedsel, nodig voor de kieming en eerste groei van de jonge plant, zit opgeslagen.
de zaden groeien steeds in meerdere aantallen (vandaar ‘poly’)
aanwezigheid van oxaalzuren dat zich kan uiten in rode vlekken op blad en steel
INHOUDSSTOFFEN
Zeer sterk aanwezig bij planten uit deze familie zijn de oxaalzuren.
ECOLOGIE
Wereldwijd voorkomende plantenfamilie
VOORBEELDEN UIT DEZE FAMILIE
De duizendknoopfamilie bevat 48 geslachten. Hieronder staat een beperkte lijst van beschreven geslachten.
Stranddruif (Coccoloba uvifera)
Boekweit (Fagopyrum esculentum)
Franse boekweit (Fagopyrum tataricum)
Chinese bruidssluier (Fallopia baldschuanica)
Heggenduizendknoop (Fallopia dumetorum)
Japanse duizendknoop (Fallopia japonica)
Zwaluwtong (Fallopia convolvulus)
Veenwortel (Persicaria amphibia)
Adderwortel (Persicaria bistorta)
Waterpeper (Persicaria hydropiper)
Beklierde duizendknoop (Persicaria lapathifolia)
Kleine duizendknoop (Persicaria minor)
Perzikkruid (Persicaria maculosa)
Rabarber (Rheum rhabarbarum)
Chinese rabarber (Rheum officinale)
Gewoon varkensgras (Polygonum aviculare)
Knolduizendknoop (Polygonum viviparum)
Veldzuring (Rumex acetosa)
Schapenzuring (Rumex acetosella)
Paardenzuring (Rumex aquaticus)
Kluwenzuring (Rumex conglomeratus)
Krulzuring (Rumex crispus)
Waterzuring (Rumex hydrolapathum)
Goudzuring (Rumex maritimus)
Ridderzuring (Rumex obtusifolius)
Moeraszuring (Rumex palustris)
Bloedzuring (Rumex sanguineus)
Spaanse zuring (Rumex scutatus)
Geoorde zuring (Rumex thyrsiflorus)
Bermzuring (Rumex × pratensis)